Het proces van het verkopen en kopen van goederen gaat honderden jaren terug. De meest transformatieve periode vond waarschijnlijk plaats aan het begin van de 20e eeuw.
De jaren 1900 en de jaren 1920 - The Only Way Is Up: het bouwen van het moderne warenhuis
In combinatie met de groeiende bevolkingsomvang en de industriële revolutie, dachten ondernemers aan het begin van de 20e eeuw dat het passend was om de winkelervaring te vereenvoudigen. De samenleving was gewend aan kleinere, gespecificeerde winkels en het concept van “one-stop”-shopping bestond nog niet. Ga het warenhuis binnen. Klanten konden op hun gemak winkelen over "afdelingen" in één op zichzelf staand gebouw, in plaats van zich van marktkraam naar marktkraam te haasten. Vestigingen als Hudson's Bay, Harrods en Neiman Marcus hebben de basis gelegd voor klantenservice en winkelen zoals we die nu kennen.
De jaren 1920 en de jaren 1930 - Laat de goede tijden maar doorgaan ... maar voor hoe lang?
Het begin van de Roaring Twenties zorgde voor snelle groei en welvaart in alle sectoren, inclusief de detailhandel. Consumenten hadden nieuw gevonden geld en wilden het uitgeven. Technologische ontwikkelingen over de hele wereld floreerden. Hoewel ze nog steeds gebonden waren aan het gezinsleven en huiselijkheid, begonnen veel vrouwen aanspraak te maken op de vrijheid die de samenleving hen toestond. In de VS gaf het 19e amendement vrouwen stemrecht en een sterkere economie zorgde ervoor dat er meer banen beschikbaar kwamen. Retailers en adverteerders begonnen zich te richten op deze 'nieuwe' vrouw en de waargenomen waarden die ze hoog in het vaandel had staan. Opwindende ontwikkelingen in mode, muziek en cultuur hadden ook een sterke invloed op het maatschappelijk denken.